Gedurende de 17e en 18e eeuw waren de voorouders van de oprichters van C&A al op zoek naar nieuwe ideeën om aan de wensen van hun klanten te voldoen.

De voorouders van Clemens en August zijn jarenlang succesvolle handelaren geweest in het noorden van het 17e-eeuwse Nederland. In 1671 verlieten zij de familieboerderij in het Duitse Mettingen om al reizend hun linnen aan de man te brengen. In de jaren ’30 van de 19e eeuw werden ook de jonge Clemens en August, in Mettingen opgeleid in het familieambacht.

In 1841 startten de twee ambitieuze broers van nog maar net 20 het eerste linnen- en katoenstoffenbedrijf ‘C&A Brenninkmeijer’ in Sneek met een lening van hun vader. Ze woonden boven de opslagplaats en gingen van boerderij naar boerderij om de lokale gemeenschap van kwalitatieve stoffen te voorzien. De jongens hadden discipline, werkten hard en kregen al snel een betrouwbare reputatie. Op zoek naar een geschikte verkooplocatie besloten zij een winkel te openen en al snel was in 1860 de eerste C&A-winkel een feit. Dit moment betekende het begin van C&A zoals we het vandaag de dag kennen.

De komst van de naaimachine maakte de productie van confectiekleding mogelijk. Al snel bood C&A haar klanten kleding in verschillende maten aan. Dit concept bleek zeer populair te zijn.

In 1881 werd de tweede C&A-winkel geopend in de buurt van Leeuwarden, gevolgd door de opening van nog een nieuwe winkel in Amsterdam in 1893 en een tweede filiaal in Amsterdam in 1896.

Hierna namen de kinderen van Clemens en August het bedrijf over, zij brachten zij hun eigen ideeën mee. Ze verkochten damesmantels voor een bedrag dat gelijk stond aan het gemiddelde weeksalaris van een arbeider. Dit lijkt duur, maar het bedrag was maar een derde van de prijs van de goedkoopste mantels die in andere winkels te koop waren.

De werkende en groeiende middenklasse had behoefte aan meer keus in kleding. Door nieuwe technieken en een kleine winstmarge per kledingstuk, kon C&A kant-en-klare mode bieden aan een groter publiek, aan mensen die dat eerder niet konden betalen.

De innovatie ging snel en C&A was pioneer op het gebied van het maken van reclame en introduceerde de klantvriendelijke mogelijkheid om aangekochte kleding te retourneren. De winstmarge was laag, maar er werd veel verkocht en alle winst werd geherinvesteerd om zo het bedrijf te laten groeien.

Het duurde dan ook niet lang voordat deze vernieuwende formule, die de mode in Nederland voor een groot publiek toegankelijk maakte, in Duitsland werd geïntroduceerd. In 1911 werd aan de Alexanderplatz in Berlijn een grote C&A-winkel geopend, en zo werd C&A Duitsland een feit.

Creativiteit bleef belangrijk en zorgde voor talloze innovaties zoals zelfbediening, mechanische kassa’s, roltrappen en andere vernieuwingen voor het gemak van de moderne klant. En natuurlijk, altijd de grootst mogelijke keuze aan kleding voor de beste prijs.

Deze vooruitgang ging niet altijd even makkelijk. Het familiebedrijf is door de jaren heen geconfronteerd met verschillende uitdagingen. Zo lag de focus na de Tweede Wereldoorlog op de wederopbouw van het bedrijf, dat in Duitsland grotendeels verwoest was. Gelukkig zorgde de naoorlogse economische groei voor een snel herstel. C&A’s ideeën, creativiteit en passie zorgden ervoor dat C&A de grootste modeketen van Duitsland werd.

In de decennia hierna volgde een uitbreiding van C&A in 20 Europese landen en Brazilië, Mexico en China.